November 2008

Verstuurd: vrijdag 28 november, 22.12 uur

Vandaag heb ik voor het eerst sinds meer dan 25 jaar weer eens gevist. Deze twee botten kwamen aan mijn botwant, een lijn met 22 haken met zeepieren eraan.



Voor het hoogwater werd lag de vis al in de pan.

Verstuurd: maandag 24 november, 12.31 uur

Anshin maakt een plank voor onder Timo's kussen, omdat het te vochtig wordt als het gewoon op de grond ligt. Timo zelf is meer bezig met de vraag of-ie al snel weer uitgelaten wordt.

Verstuurd: zondag 23 november, 18.21 uur

Gisteren heb ik de vergunning gekregen om met "vaste vistuigen" recreatief in de Waddenzee te mogen vissen. Iemand uit het dorp helpt me met het maken van twee fuiken. Daarnaast mogen we ook botwant uitzetten en kunnen we met netten (staand want of sleepnetten) vissen. Dit lijkt ons een mooie combinatie met onze wadloopzwerftochten volgend jaar. De gevangen vis, schaaldieren en garnalen kunnen ook gezocht en bereid worden als onderdeel van een dagarrangement.

Toen ik dit logo zag in de begeleidende brief bedacht ik me wat ik eens had gelezen in het boek over nonnetjes van Theunis Piersma. Hij vindt het bovenstaande beeldmerk goed passen bij het 'aangeharkte' karakter van dit ministerie als het gaat over het 'waddendosier'. Hij wees er en passant nog even op dat in 2003 het begrip Visserij uit de naam van het ministerie is gehaald (dat in mijn kindertijd nog Ministerie van Landbouw en Visserij heette):

Verstuurd: dinsdag 18 november, 18.39 uur

Van iemand uit het dorp heb ik een paar oude boekjes geleend over de natuur en de geschiedenis van de omgeving. Deze foto's van het oude baken en de bewakingskeet komen uit het boekje "Flora en fauna van de Engelsmanplaat", dat werd uitgegeven in 1980. Het onderschrift bij bovenstaande foto's luidt (let op de vlag van de Waddenvereniging trouwens, die zag je veel in die tijd): "Windkracht 7, Noordwest: de Engelsmanplaat loopt onder water. In sommige jaren een regelmatig terugkerend verschijnsel. De gevolgen voor de bewakers: scheppen of verzuipen."

De keet op de bovenste plaatjes zou nu denk ik onder water staan, want de zandplaat vlakt erg af. Hier is al sprake van in de tijd van het boekje, maar deze tendens heeft zich voortgezet, waarschijnlijk grootdeels nog onder invloed van de afsluiting van de Lauwerszee in 1969 (net als het afsluiten van de Zuiderzee tot een verandering van het eiland Griend heeft geleid). Bovenstaande zandduintjes zijn inmiddels verdwenen; er is vrijwel geen begroeiing meer op het eiland. Het onderschrift bij bovenstaande foto luidt: "De hoogste primaire duintjes in het centrum van de plaat aan het einde van de zomer, 1977"

Deze grote zilverreiger (ik zag hem eerst voor een lepelaar aan, tot hij rechtop ging staan) zat hier vanmiddag achter de dijk.

Het was hoog water. Deze scholeksters landden bij elkaar in de buurt om te 'overvloeden'.

Een vrouwtjeseidereend.

Gezicht op Modddergat, met overvliegende wulpen en een buizerd (op een paal tussen de twee kerken in).

Wulpen, die zich bij duizenden verzamelen in het Waddengebied.

Verstuurd: maandag 17 november, 12.31 uur

Mijn vader is vooralsnog tijdelijk opgenomen in het verpleeghuis in Zwolle, omdat hij lichamelijk ineens hard achteruit was gegaan. Volgens de wijkverpleegkundige heeft hij in het najaar vaak een terugval en dat klopt volgens mij wel. Momenteel gaat het alweer beter met hem. Wie hem op wil zoeken kan naar kamer 102 van verpleeghuis De Weezenlanden (Groot Wezenland 20, 8011 JW) in Zwolle.

Gisteren heb ik met mijn moeder en Anshin nog een wandeling gemaakt in het natuurgebied het Reestdal, waar ik als tiener vaak kwam.



De Reest, het scheidingsriviertje tussen Overijssel en Drenthe.

Timo.

De regenboog boven een boerderij bij Oud-Avereest.



Afgelopen zaterdag heb ik er even van geprofiteerd dat we in de 'grote stad' waren en heb dit oestermes gekocht voor de Japanse oesters achter de dijk. Klik hier voor een handleiding en een filmpje waarop dit schoonmaken gedemonstreerd wordt.

Verstuurd: donderdag 13 november, 21.56 uur

Vandaag heb ik deze foto's gemaakt op het wad. Hier het gezicht op Moddergat.

Deze boei ligt in de Paesensrede, erachter staat het baken op de Engelsmanplaat.

Gezicht op Wierum.

Rustende wilde eende en eidereenden.

Een groepje kluten. Die heb ik hier wel vaker in de winterperiode gezien. Normaal overwinteren de dieren langs de kust van de Middellandse Zee en de Atlantisch kust van Frankrijk en Portugal. Bij thuiskomst vond ik in de Petersons Vogelgids: "Overwintert in klein aantal, vooral in Zeeland".

Verstuurd: dinsdag 11 november, 15.09 uur

Deze foto's zijn van vanmiddag tijdens hoog water. Op de voorgrond rusten de scholeksters, op de achtergrond ligt het Oerd, de grote zandduin van Ameland.

Rotganzen voor de kerk.

Gezicht op het dorp vanuit de kwelder.

Er trokken veel wilde zwanen over.

Wilde zwanen lijken op knobbelzwanen, maar hebben een gele in plaats van een oranje snavel en missen de karakteristieke knobbel.

Een hele groep wilde zwanen.

Verstuurd: dinsdag 11 november, 8.04 uur

Sint Martinus snijdt de helft van zijn mantel af om het aan een bedelaar te geven. Wandschildering uit de Martinikerk in Groningen.

Vandaag is het Sint-Maarten, naar Sint-Martinus van Tours (316-397), een vroege verspreider van het katholieke christendom in Gallië en een van de populairste heiligen van de Middeleeuwen. In Nederland wordt zowel Sint-Maarten gevierd in het uiterste noorden als in het zuiden van het land, maar minder in het midden. Van oorsprong was het een bedelfeest voor de armen, zoals ook Sinterklaas. De armen gingen langs de deuren, zongen liederen en kregen als ruil hiervoor wat eten.

Sint-Maarten is beschermheilige van veel dorpen en steden, waaronder Utrecht en Groningen, die dan ook vaak de "Martinistad" wordt genoemd. Samen met Nicolaas is Martinus koploper als beschermheilige van kerken in Friesland. Deze kerken zijn allemaal aan hem opgedragen: Beetgum, Bergum, Bolsward, Boyl, Bozum, Dokkum (en dus niet aan Bonifatius!), Ferwerd, Franeker, Gaastmeer, Hantum, Hempens, Idsega?, Itens, Kollum, Koudum, Makkum, Minnertsga, Oosterend, Oudega (Gaasterland), Oudega (Wymbritseradeel), Roodkerk, Scharnegoutum, Sneek, Strijp?, Tietjerk, Tzummarum, Warns, Westergeest, Wirdum, Witmarsum, IJlst, IJsbrechtum, Oosterzee (en Laurentius?).

Verstuurd: vrijdag 7 november, 18.58 uur

Mijn schoonmoeder stuurde ons per post dit artikel uit Trouw van 4 november met een bijdrage over het nieuwe onderzoek van "wadvogelprofessor" Theunis Piersma. Hij registreerde de trektochten van rosse grutto's en kwam erachter dat ze binnen acht dagen van Alaska naar Nieuw-Zeeland vliegen zonder te rusten. Ze verliezen hierbij maarliefst de helft van hun lichaamsgewicht. Klik hier voor het hele artikel.

Gisteren heb ik in Leeuwarden dit boekje gevonden over alle 130 langs de Nederlandse kust voorkomende zeevissen. Het is uitgegeven door de Koninklijke Nederlandse Natuurhistorische Vereniging (KNNV) en bevat o.a. een determineersleutel tot de soorten. Er staan vissen in waarvan ik het bestaan in Nederland niet voor mogelijk had gehouden, zoals deze hier:
Zeewolf (tot 120 cm): "langs de Nederlandse kust zeldzaam". Of deze:

Snotolf (tot 50 cm): "langs de Nederlandse kust algemeen".

Verstuurd: donderdag 6 november, 13.46 uur

Net kreeg ik een uitnodiging voor de opening van de expositie "Starlight" van mijn zus Anneke bij Vegas Gallery in Londen, op 13 november aanstaande. Deze tekst stond erin over haar werk:

*Anneke Wilbrink*

For her first solo exhibition at Vegas Gallery, Dutch artist Anneke Wilbrink shows landscape paintings derived from source material including archived images, DVDs and photos taken while travelling. Never painted directly from life, Wilbrink's landscapes are built up from labyrinthine, thread-like grids layered around patches of watery paint and blurred marks. These landscapes have no discernible beginning, centre or end. Many of them melt the boundaries between figurative and abstract; pattern/vistas that appear to extend beyond the edges of the frame. Others hint at waterside scenes, walkways bordered by trees and urban vistas incorporating bridges, gangways and skyscraper facades. Wilbrink's paintings are influenced by the 17th century tradition of Dutch landscape art, whose prevalence of sea and river imagery often incorporating boats reflect the development of canals and water transport in Holland during that period, and of widespread land reclamation. Although they allude to specific geographies and are influenced by the artist's nationality they cannot be pinned down to definable locations. Wilbrink's palette of slate grays and turquoise to indigo blues evoke nameless, possibly European cities. Her grid-like architectural structures - buildings, bridges, urban interiors - could reside in any metropolis. These structures sometimes resemble cellular nets of biological origin.

Nature both inspires and distracts Anneke Wilbrink. She could not paint architecture without her experience, and admiration, of nature. She associates nature with eternity and architecture with human concepts of hope, endurance and beauty. But her paintings intertwine and erase divisions between categories of natural and man-made, and between categories of historical and contemporary, into shimmering, indeterminate surfaces woven with references to picturesque tourist art and various painterly traditions. They echo the tones and imagery of Turner's work including swatches of brilliant, luminescent sky light, and the dripping lattices and smears of Pollock and de Kooning. Wilbrink asserts, though, that her paintings do not self consciously quote art historical styles. Instead, these references evolve organically from her immersion in the language and history of painting. Wilbrink's work presents multiple views and perspectival points, reminiscent of camera shots and infused with tactility. Different marks and techniques - drips versus brush strokes, patches of blank colour versus crowded, bristling sections of canvas - mesh into each other. Some of her paintings have an otherworldly, science fiction quality, a strangeness overlaid with shifting light.

Anneke Wilbrink graduated from the Frank Mohr Institute, MF Groningen in 2004. Since then she has exhibited widely in a variety of European galleries and museums. In 2004 she was nominated for the Prix de Rome (drawing), and she received the Royal Dutch Award for painting in 2006.

Aline Duriaud 2008

Verstuurd: woensdag 5 november, 8.45 uur

Ik heb een vergunning aangevraagd om achter de dijk te mogen vissen met "vaste vistuigen". Zo kunnen we komend seizoen, tijdens wadlooptochten en excursies van Oan 'e dyk, ook oude vis-technieken demonstreren (en vis opeten natuurlijk). Iemand uit het dorp heeft me verteld hoe je een botwant maakt (zie foto). Dit is een touw dat met twee stokken wordt vastgezet op het wad, waaraan draadjes met haken worden bevestigd. Ook hebben we oude garnalennetten van Lauwersoog meegenomen, waarvan we een fuik gaan maken. Hoewel ik tijdens de lagere schoolperiode veel heb gevist, had ik sindsdien nooit meer een haakje aan een nylon draad gemaakt. Maar het ging me nog goed af. Moeilijker vond ik de mastworp om de draadjes vast te knopen. Deze heb ik nog op de padvinderij geleerd, maar nu had ik de hulp van internet nodig om mijn geheugen weer op te frissen.

Mastworp op knopen.scouting.nl.


Ga naar:

Volgende dagboekpagina>>>
<<<Vorige dagboekpagina

Flora en fauna
Kerken

Geluidsfragmenten

Archief






WEER IN FRIESLAND:
ACTUEEL EN VOORSPELLINGEN



Bijzondere meldingen van vogels in het Lauwersmeer en omstreken (vandaag)





CITAAT JAC. P. THIJSSE:

"Ga nu de Zuiderzee zien, eer het te laat is. Want lang zal 't niet duren, of groene polders vervangen de kabbelende golfjes."
Uit: Jac. P. Thijsse, Langs de Zuiderzee (1914)










Klik hier voor informatie over mijn cd.


Volgende dagboekpagina>>>
<<<Vorige dagboekpagina

Flora en fauna
Kerken

Geluidsfragmenten

Archief