|
Home - Muzische Meditaties - 28 mei 2004, teksten |
Muzische Meditaties
28 mei 2004
Pinksteren (Handelingen 2:1-11)
En toen de Pinksterdag aanbrak, waren allen tezamen bijeen. En eensklaps kwam er uit de hemel een geluid als van een geweldige windvlaag en vulde het gehele huis, waar zij gezeten waren; en er vertoonden zich aan hen tongen als van vuur, die zich verdeelden, en het zette zich op ieder van hen; en zij werden allen vervuld met de heilige Geest en begonnen met andere tongen te spreken, zoals de Geest het hun gaf uit te spreken.
Nu waren er Joden te Jeruzalem woonachtig, vrome mannen uit alle volken onder de hemel; en toen dit geluid gekomen was, liep de menigte te hoop en verbaasde zich, want een ieder hoorde hen in zijn eigen taal spreken. En buiten zichzelf van verwondering zeiden zij: Zie, zijn niet al dezen, die daar spreken, Galileeërs? En hoe horen wij hen dan een ieder in onze eigen taal, waarin wij geboren zijn? Parten, Meden, Elamieten, inwoners van Mesopotamië, Judea en Kapadocië, Pontus en Asia, Frygië en Pamfylië, Egypte en de streken van Libië bij Cyrene, en hier verblijvende Romeinen, zowel Joden als Jodengenoten, Kretenzen en Arabieren, wij horen hen in onze eigen taal van de grote daden Gods spreken.
Bron: Nederlands Bijbel Genootschap, 1951
Koran 30:20-27
Tot zijn tekenen behoort dat Hij jullie uit aarde geschapen heeft; toen waren jullie dan mensen die zich verspreidden. En tot Zijn tekenen behoort dat Hij voor jullie echtgenotes uit jullie eigen midden geschapen heeft om bij haar rust te vinden. En Hij heeft liefde en erbarmen tussen jullie gebracht. Daarin zijn tekenen voor mensen die nadenken. En tot Zijn tekenen behoren de schepping van de hemelen en de aarde en het verschil in jullie talen en kleuren. Daarin zijn tekenen voor de wereldbewoners. En tot zijn tekenen behoort jullie slaap, 's nachts en overdag en jullie streven naar een gunst van Hem. Daarin zijn tekenen voor mensen die horen. En tot zijn tekenen behoort dat Hij jullie in vrees en begeerte de bliksem laat zien en dat Hij uit de hemel water laat neerdalen en dat Hij daarmee de aarde laat herleven nadat zij dood was. Daarin zijn tekenen voor de mensen die verstandig zijn. En tot Zijn tekenen behoort dat de hemel en de aarde op Zijn bevel vast staan. Dan, wanneer Hij jullie luid uit de aarde oproept, dan komen jullie tevoorschijn.
En van Hem is wie er in de hemelen en op de aarde is. Allen zijn aan Hem onderdanig. Hij is het die met de schepping begint en haar dan herhaalt. Dat is gemakkelijk voor Hem. En Hem komt het hoogste voorbeeld toe in de hemelen en op de aarde; Hij is de machtige, de wijze.
Bron: Koran. Vertaald uit het Arabisch door Fred Leemhuis, 1994
|
|
|